Garage en carport straks overbodig? Mobiliteitsexpert waarschuwt voor grootste verandering sinds komst Koning Auto

Ons mobiliteitssysteem is volop in verandering. Dit heeft ook enorme gevolgen voor onze ruimtelijke ordening en stedenbouw. Er komt de komende decennia heel wat op ons af. Maar we kunnen ons – en onze woningen - hier gelukkig op voorbereiden.

Zelfrijdende voertuigen zijn al lang geen science fiction meer. De grootste bedrijven ter wereld stoppen momenteel miljarden euro’s in de ontwikkeling en in het optimaliseren van de technologie. De vraag is niet langer of we ons ooit verplaatsen door middel van zelfrijdende voertuigen, maar wanneer.

Kopen we dan binnenkort massaal zelfrijdende auto’s? Zo’n vaart loopt het waarschijnlijk niet. Want een auto kopen en bezitten, is vandaag enorm duur. Bovendien staat dat ding letterlijk 95% van de tijd stil. Toch blijven we eraan vasthangen omdat het ons een enorme vrijheid geeft. Maar een zelfrijdende wagen moet niet per se voor je deur staan. Waarschijnlijk roep je straks gewoon een zelfrijdend voertuig op via je smartphone.

Je hoeft dus niet langer zelf een wagen te bezitten om er altijd eentje ter beschikking te hebben. De auto wordt meer een service op bestelling én op maat: voor zakelijke verplaatsingen bestel je een ‘rijdend kantoor’, voor gezinsuitstappen een ruimer model, of een luxe-uitvoering als het eens wat meer mag zijn.

In de zelfrijdende toekomst is het gemakkelijker en goedkoper om ons te verplaatsen. Maar de wetten van de economie zijn duidelijk: hoe lager de prijs, hoe hoger de consumptie. Daar komen nog lege ritten bij en extra verplaatsingen door mensen die vandaag niet zelf de wagen kunnen besturen.

Lees verder onder de foto.

Zonder sturende maatregelen stevenen we af op een verkeersinfarct. Want omdat mobiliteit zo goedkoop en makkelijk wordt, wordt wonen en werken op verderaf gelegen, perifere locaties weer aantrekkelijker. Met alle gevolgen van dien voor de groei van de metropolen en onze weinige open ruimte. Kortom, een voertuig met één inzittende blijft een inefficiënte vorm van ruimtegebruik, zelfs als hij vanzelf rijdt. En een file van elektrische, zelfrijdende voertuigen blijft nog altijd een file.

Een weldoordacht en sturend ruimtelijk beleid zal daarom nodig zijn om te zorgen dat onze steden groeipolen blijven, en om onze weinige open ruimte te vrijwaren. Inzetten op gedeelde vormen van mobiliteit (gedeelde zelfrijdende shuttles, bussen, treinen…), maar ook op actieve modi (fietsers, voetgangers,…), zal nodig zijn én blijven.

De shift van autobezit naar mobiliteit als dienst zal een grote invloed hebben op ons vastgoed. Zo valt wellicht de gigantische behoefte aan parkeerplaatsen weg. Want er zullen in totaal minder voertuigen zijn, die ook minder stilstaan omdat ze een groter deel van de tijd effectief in gebruik zijn.

Zowel publieke parkeergebouwen als garages, carports en opritten van gezinswoningen verliezen daardoor (voor een stuk) hun functie. Hier liggen grote kansen voor architecten en aannemers. Vooral in steden, waar de ruimte sowieso schaars is, biedt deze ‘herwonnen’ ruimte enorme mogelijkheden.

Hoe je zulke ‘autogerichte’ ruimtes en gebouwen praktisch ombouwt tot ‘mensgerichte’ plaatsen, lees je op Livios.