Veruit de grootste boomplantactie vond plaats in de gemeente Wingene. In de Vagevuurbossen werden 6.000 bomen en struiken geplant, verdeeld over drie percelen. Daardoor zijn de bossen er drie hectare groter geworden, goed voor een totaal van 250 hectare. Voor de aanplant kon het Agentschap Natuur en Bos rekenen op vrijwilligers van Natuurpunt De Torenvalk, de vereniging die de Dag van de Natuur stichtte in 1979. Op het natste perceel werden hoofdzakelijk zwarte elzen geplant met hier en daar een groepje wintereiken. Op de twee andere drogere percelen plantten de vrijwilligers beuk, zomer- en wintereik, grove den, zoete kers en winterlinde.

Maar daar hield de bedrijvigheid nog lang niet op. Nog net in Wingene, tegen de grens met Hertsberge, werd zaterdag ook massaal geplant. Aan de Vorsevijvers staken een ongeveer veertig buurtbewoners de handen uit de mouwen om samen met de Vlaamse Landmaatschappij een pas aangelegd overstromingsgebied naast de Blauwhuisbeek te beplanten. Bedoeling was om 1.870 stuks bosplantsoen de grond in te krijgen, al strandde de actie op zowat 1.000 stuks door het plotse regenweer. In een latere fase zal een aannemer dat afwerken en er nog eens 2.000 bomen bij planten. De nieuwe bomen en het nieuwe overstromingsgebied moeten de buurt helpen beschermen tegen toekomstige wateroverlast. Deze actie vormde ook een compensatie voor de bomen die gekapt werden bij de aanleg van de nieuwe parking Aanwijs in Beernem.

Maar ook buiten Wingene werd duchtig geplant. In Tielt stak jeugdbeweging De Kleine Torenvalk ook massaal de spades in de aarde. Zij zorgden voor 3.000 bomen nieuwe bomen op het terrein tussen de Ringlaan en de Oude Kapellestraat te Tielt. Het project kwam er door samenwerking van de Stedelijke Jeugdraad en de jeugd- en groendienst van de stad. “We vinden dat er in onze stad een aanzienlijk tekort is aan openbare groene ruimte waar jonge inwoners zich kunnen ontspannen”, aldus Luca Lahousse van de Jeugdraad. “Wij zijn ervan overtuigd nieuwe aanplant zo veel mogelijk binnen de stadskern moet kunnen gebeuren, want ontharding binnen de kern is cruciaal met het oog op een leefbare stad.” Ook in Lichtervelde plantte Natuurpunt samen met vrijwilligers, jeugdverenigingen en het gemeentebestuur dan weer een speelbos van 2.000 vierkante meter aan, ter hoogte van de ‘Keunepuppe’ in de Bellestraat. Ook in Ruiselede, Dentergem, Meulebeke en Oostrozebeke waren acties.

Provinciaal gedeputeerde Jurgen Vanlerberghe (Vooruit) trok de laarzen aan en woonde beide acties in Wingene bij. “Eén blik op sociale media volstaat om te zien dat het draagvlak voor meer groen groter is dan ooit tevoren. Overal steken mensen de handen uit de mouwen en wordt er gewerkt aan een groener West-Vlaanderen.” Die vlijt is overigens geen overbodige luxe, want de Vlaamse regering heeft is nog steeds van plan om samen met de lokale besturen, natuurverenigingen, bosgroepen en private eigenaars 4.000 hectare extra bos te realiseren tegen 2024. “De ambitie is hoog, maar als iedereen ‘een bosje’ bijdraagt, kunnen we samen de groenste inhaalbeweging ooit maken in Vlaanderen”, laat Vlaams minister van Natuur Zuhal Demir (N-VA) weten. “Als ook bedrijven, verenigingen en particulieren mee hun schouders zetten onder dit project, plukken onze kinderen en kleinkinderen daar later de vruchten van.”