Lambrecht (6de): “Wat Mathieu doet is meer dan fenomenaal, ik kijk er met open mond naar”

“De koers begon heel hard”, opende Lambrecht kort na de wedstrijd. “Het basistempo lag veel te hoog, maar ik kon het toch aan. Na verloop van tijd kon ik in de wedstrijd komen. Ik zat nog redelijk fris dankzij de hints van Jelle en Tosh. Zij hadden me verteld dat het best was om met een kleine versnelling rond te rijden.”

In de finale ging het plots vanzelf voor Lambrecht. “Ik zat eigenlijk in het hele slot à bloc. Ik demarreerde één keer en daardoor zat ik in wat later gezien de goeie ontsnapping was. In de sprint moest ik nog even remmen, anders zat een top vijf er misschien wel in. Ik ben in elk geval blij met dit resultaat in mijn eerste Amstel. Het is een droom en hier had ik op voorhand voor getekend”, aldus Lambrecht bij VTM.

Met zijn zesde plaats was Lambrecht een bevoorrechte getuige van de straffe stoot die Mathieu van der Poel uit zijn kuiten schudde. “Er stond geen maat op hem. Ik kijk er zelf met open mond naar. Hij reed bijna de hele laatste rechte lijn op kop. Wat hij heeft gedaan is meer dan fenomenaal, hé. (lacht) Voor mij zal het toch nog wat trainen worden om dat te kunnen. Ik moet nu vooral kijken naar de Waalse Pijl. Daar staat onze ploeg sterk met Jelle Vanendert, Tim Wellens en ikzelf.”

Ook Gianni Vermeersch wreef zich even de ogen uit toen hij de slotkilomter van ploegmaat Mathieu van der Poel zag. “Ik kon eerst niet gelovden dat hij gewonnen was. Ik zat met Marcel Meisen in een gelost groepje. Het laatste dat we doorkregen, was dat Mathieu in een groepje op 50 seconden zat. Hij was al een keer vroeg aangevallen in de wedstrijd en met de daaropvolgende prik van Alaphilippe was hij niet mee. Toen vreesde ik er even voor, maar het is allemaal goed uitgedraaid”, zei Vermeersch bij Sporza. 

“We hoorden ineens gejuich en de auto zei dat hij gewonnen had. Het is fenomenaal. Er zijn niet echt woorden voor. Ik dacht dat hij heel sterk was. Als de kopman in topvom is trekt de ploeg zich daar natuurlijk aan op. Als iedereen dan een procentje meer kan geven, dan kan dat leiden tot mooie dingen. Waar dit eindigt? Geen idee. Hij heeft het maximum uit zijn wegcampagne gehaald en vanaf nu zal hij mooie dingen laten zien op de mountainbike.”