Verblijf in de ruimte verandert je hersenen voor langere tijd: "Had niemand verwacht”
De hersenen van astronauten veranderen als ze voor een lange tijd in de ruimte verblijven. Dat blijkt uit een studie van het European Space Agency (ESA) en het Russische ruimteagentschap Roskosmos. “Astronauten moeten nieuwe vaardigheden aanleren door de gewichtloosheid en dat zie je in hun hersenen.”
Glenn HaexLaatste update:25-02-22, 16:47
Het internationale onderzoeksteam bestudeerde de hersenen van twaalf mannelijke astronauten die een langere tijd in de ruimte hadden verbleven. Hun hersenen werden vóór de vlucht, vlak na de vlucht en zeven maanden na hun terugkeer onderzocht met MRI-scans. “De veranderingen die het team waarnam, waren heel nieuw en onverwacht”, zegt prof. Floris Wuyts van de UAntwerpen.
Zowel de neuronen als de verbindingen tussen de neuronen in de hersenen waren toegenomen. Ook was er heel wat hersenvloeistof verschoven. Die vloeistof zorgt bovendien voor hervormingen in onder andere het corpus callosum, “de centrale snelweg die beide hersenhelften verbindt”.
Gewichtloosheid
Ook zeven maanden na de ruimtereis, waren de veranderingen nog steeds zichtbaar: “De veranderingen zijn weliswaar verminderd, doordat de astronauten opnieuw gewend geraken aan de zwaartekracht. Maar dat de effecten van de ruimtereis zo lang na terugkomst nog duidelijk te zien zouden zijn, dat had niemand verwacht”, aldus Wuyts.
We weten niet wat deze veranderingen op lange termijn zullen betekenen
Floris Wuyts, Labo voor Evenwichtsonderzoek en Aerospace (LEIA)
Oorzaak van de veranderingen is de gewichtloosheid tijdens de ruimtereis, waardoor de astronauten nieuwe vaardigheden moeten aanleren. Dat zie je namelijk in de hersenen. Of die veranderingen effect hebben in hun dagelijks leven – of ze bijvoorbeeld slimmer zijn geworden of vloeiender gaan bewegen – is nog niet geweten.
Langetermijneffecten
Ook het effect die de veranderingen in de hersenen op de langere termijn hebben, is nog niet bekend. “De onderzochte groep is te klein om daar al informatie over te hebben of voorspellingen te kunnen doen”, vertelt Wuyts. “Op termijn zullen we mensen voor langere tijd de ruimte insturen, zoals voor een verblijf op Mars. Het is essentieel dat we op voorhand al een nauwkeurige inschatting kunnen maken van de verwachte effecten, zodat we de nodige tegenmaatregelen kunnen treffen om deze effecten te minimaliseren.”