Martijn Colson (Caruur Gent): “Een bekerfinale is met niets te vergelijken”

Martijn Colson heeft reeds vijf bekerfinales in zijn achterzak steken. Tweemaal met Antwerpen, met Maaseik en ook twee keer met Lennik, dat later verhuisde naar Aalst. Dit weekend wordt hij tijdens zijn zesde finale de gids en de ervaringsdeskundige van de ‘Caruur boys’.

“Ik heb in 2014 één keer de Belgische beker gewonnen met Antwerpen”, graaft de middenspeler diep in zijn geheugen. “Met Seppe Baetens, nu bij Lindemans Aalst, als ploegmaat. Toen werd dat allemaal nog georganiseerd in de Lotto Arena. Ik herinner mij een felle tweestrijd tegen Knack Roeselare. Het jaar daarop waren we met de Antwerpse ploeg finalist tegen Lennik. Met Seppe Baetens en Robin Overbeeke toen al bij de Brabantse ploeg. Dat was de allereerste editie in het Sportpaleis. Memorabel, ook omdat het van toen - in 2015 - geleden is dat Roeselare of Maaseik niet in de ‘Cupfinals’ stonden. Dit jaar is dat opnieuw het geval. Er kan zondagmiddag opnieuw geschiedenis geschreven worden.”

“Een bekerfinale is met niets te vergelijken”, vertelt Martijn Colson vanuit zijn ervarenheid. “De belangen, de beleving en het stressniveau zijn totaal anders. Hoe reageert het team in deze uitzonderlijke omstandigheden. Alles moet in het juiste perspectief geplaatst worden.”

“Aalst blijft favoriet”, verklaart de Caruur-speler. “Zij hebben meer ervaring met de hectische sfeer in het Sportpaleis. Zij hebben een groter budget en professionele spelers die tweemaal per dag trainen. Bij Gent werkt men op een andere manier. Ik beweer niet dat we kansloos zijn. Dat hebben we onlangs bewezen. Alleen wanneer we opnieuw top zijn, hebben we een reële kans om te winnen. Het zal snel duidelijk zijn wie er het best in de wedstrijd zit.”

Lees ook: meer volleybal