Liam Van Bylen rijdt zondag BK omnium: “Podium zou mooi zijn, maar met top vijf ben ik ook heel content”

Als aspirant was Van Bylen in de winter altijd op de piste te zien, maar bij de nieuwelingen moest hij de baancompetitie onderbreken. “Vorig jaar was er door de pandemie geen competitie op de piste, het jaar voordien hielden groeipijnen me weg uit het Vlaams Wielercentrum Eddy Merckx”, verduidelijkt de kerel uit Westmeerbeek. “Nu ben ik terug. Met volle goesting. Moest ik in 2022 door bondscoach Nicky Cocquyt geselecteerd worden voor een internationaal kampioenschap zou dat een hele mooie ervaring zijn.”

Alleen is er bij de junioren stevige concurrentie. Van Inias Leten, Yoran Van Gucht, Milan Van den Haute, Steffen De Schuyteneer, Jasper Bertels, Stian Van Oudenhove, Stan Dens, Yorick Slaets en Sasha Prestianni. De pistecoach kan uit heel wat namen kiezen. Het BK omnium zondag wordt een waardemeter. “Haal ik het podium zou dat mooi zijn, met top vijf ben ik ook heel tevreden”, blikt Van Bylen vooruit. “Op dit ogenblik ben ik content over mijn conditie. Ik heb het niet zo met die temporonden, het tweede nummer van dat omnium. Misschien zit dat enkel in mijn kopje. Dan moet ik daar komaf mee maken. De puntenkoers, het slotnummer van het omnium, ligt me wel.”

Iets wat de pion van Acrog-Tormans vorige zondag tijdens het BK puntenrit liet zien. In de tweede koershelft deed hij een meer dan lovenswaardige gooi naar een podiumplaats. “Toen Leten en Slaets een winstronde probeerden te pakken, ging ik in de tegenaanval”, aldus Van Bylen. “Van Gucht kwam bij mij. Het duurde precies een eeuwigheid om Leten en Slaets bij te benen. Vijftien ronden van het einde beseften we dat we naar de staart van het peloton moesten. Nadat Slaets afhaakte lukte dat. In de slotsprint had ik punten nodig om een medaille te pakken, maar ik geraakte niet meer vooraan. Zo eindigde ik, na mijn beste puntenrit van het seizoen, vijfde. Bondscoach Nicky Cocquyt was tevreden over mijn manier van koersen.”

Lees ook: meer wielrennen