Kapitein Seppe Baetens (Lindemans Aalst) na behalen bekerfinale: “Niet enkel teruggekeerd om finales te spelen, ook om ze te winnen”

De Ajuinen begonnen woensdagavond met de beste uitgangspositie aan de terugwedstrijd van de halve finale tegen VHL. Twee winnende sets volstonden om een finaleplaats af te dwingen en dat doel was na anderhalf uur zweten en zwoegen bereikt. Aalst won uiteindelijk ook de overbodige vierde set (34-36, 26-24, 23-25 en 21-25) en trekt met een fantastisch gevoel de winterstop in. Dolle vreugdetaferelen bij kapitein Seppe Baetens en zijn ploegmaats na het winnen van de derde set. En ook wel opluchting, want onder impuls van de herstelde Hendrik Tuerlinckx bood de thuisploeg stevig weerwerk.

“Het was inderdaad een stresserende avond, ook voor ons als spelers op het terrein”, aldus de 32-jarige receptie-hoekspeler. “We hebben het onszelf in feite moeilijk gemaakt. In elk van de drie eerste sets begonnen we goed en bouwden we een voorsprong van vier à vijf punten uit. Maar telkens speelden we die in het midden van de set kwijt. Daardoor kreeg de thuisploeg meer vertrouwen en wij meer stress. Het einde van de eerste set was bloedstollend. Een 34-36-setstand maakte ik denk ik nog niet mee. In de bekerfinale van 2014 won ik met Antwerpen de tiebreak tegen Roeselare met 28-26. Dat was ook spectaculair.”

“In de twee wedstrijden tegen VHL wonnen we zes sets, tegenover twee voor de Leuvenaars. We hebben het ticket voor de finale dan ook niet gestolen. We haalden op het juiste moment het juiste niveau. Niet alleen tegen VHL, maar ook in de kwartfinale tegen Maaseik. In de eindstrijd staan we tegenover Gent (dat in de halve finale Menen elimineerde, red.). Op papier lijkt dat makkelijker dan een finale tegen Roeselare of Menen. Of dat op het terrein ook zou zal zijn, denk ik niet. Voor vele Gentenaars wordt het hun eerste finale en voor de meeste zal het ook hun enige zijn. Die gasten zullen door een muur gaan voor elke bal. Het slechtste wat ons kan overkomen, is te denken dat de bekerwinst al binnen is. Uiteraard hopen we dat er publiek aanwezig mag zijn. Als dat niet het geval is, kunnen we beter ergens op een locatie tussen Gent en Aalst spelen.”

Voor Baetens die in het tussenseizoen overkwam van VHL, wordt het zijn derde bekerfinale. In 2014 versloeg hij met Antwerpen favoriet Roeselare (3-2) en een jaar later hielp hij Asse-Lennik in de eerste finale in het Sportpaleis aan de zege. Hij versloeg zijn ex-club Antwerpen met droge 3-0-cijfers. “Ik ben niet meer van de jongste en als ik nog wilde meedoen voor de prijzen, was het nu het moment. Ik wist dat het mogelijk was om met Aalst op korte termijn mee te doen voor de prijzen. Daarom ben ik ook teruggekeerd naar de club. Een finale is echter nog geen prijs. Ik kwam niet naar Aalst om finales te spelen, maar wel om ze te winnen.”

De kwalificatie voor de bekerfinale en de 3-0-winst tegen Maaseik. Na een mindere seizoenstart staat Aalst nu duidelijk onder stoom. Komt de winterstop dan nu niet ongelegen? “Het klopt dat we in de goede flow zitten. Door de coronabreak hadden we twee weekends geen wedstrijd. Het eerste weekend kregen we drie dagen vrij en sindsdien is het goed beginnen draaien. Die vrije dagen hebben deugd gedaan om onze gedachten even te verzetten. Nu krijgen we vijf dagen vrij. Volgende dinsdag worden we ’s ochtends opnieuw op de training verwacht. In die periode zullen we het volleyballen wel niet verleerd zijn. Het gaat ons opnieuw goed doen, zeker na de stressvolle wedstrijden voor de beker. Deze groep heeft soms wat nood aan rust en om eens iets anders te doen. Zelf ga ik naar Hongarije om er mijn vriendin Ana Tieme (spelverdeelster bij het Hongaarse Fatum Nyíregyháza, red.) te bezoeken. Maandagavond keer ik terug.”

Lees ook: meer volleybal