De Ronde van Madrid opende woensdagavond met een korte proloog over een geaccidenteerd parcours. Elias Maris klokte de tiende tijd en was daar heel erg tevreden mee. “Nooit eerder eindigde ik in een tijdrit zo dicht”, glunderde de pion van Basso Team Flanders. “Wat perspectieven opende voor de rest van deze vijfdaagse. De etappe van donderdag was slechts 92 kilometer lang, maar telde meer dan tweeduizend hoogtemeters. Best veel klimwerk over een vrij korte afstand. Op een bepaald moment werd een kopgroep van zes gevormd. De voornaamste teams waren vertegenwoordigd, maar wij hadden niemand mee. Het tempo in het peloton lag laag. Dus ging ik in de tegenaanval. Ik kreeg één renner mee. Samen overbrugden we het verschil van anderhalve minuut. Op de top van een lange klim bedroeg onze achterstand nog twintig seconden. In de afdaling sloten we bij de zes koplopers aan.”

Daarna dunde de leidersgroep tot vier renners uit. Maris hield stand en mocht in Buitrago de Lozoya om de overwinning spurten. “In het kwartet zaten twee ploegmaats”, ging Maris verder. “Zij probeerden het mij moeilijk te maken. Ik moest altijd reageren, want ik had de indruk dat de vierde renner in ons gezelschap niet snel was. Gelukkig kon ik alles counteren. Ik weet dat ik na een lastige wedstrijd vrij snel ben. Eigenlijk maakte ik het redelijk gemakkelijk af.”

Dankzij de ritzege klom Maris in het individueel klassement naar plaats twee op tien seconden van Xavier Isasa. “Uiteraard ben ik heel blij met ritwinst, maar het zou stom zijn nu niet voor de eindzege te gaan”, besloot de laatstejaarsbelofte. “De ritten van vrijdag en zaterdag lijken niet de moeilijkste. De slotetappe van zondag is lastig en telt meer dan tweeduizend hoogtemeters. Bovendien is het in en rond Madrid heet, meer dan 35 graden. Dat is een extra tegenstander.”

Lees ook: meer wielrennen