Winkelkar met voeding 8 procent duurder in minder dan 5 jaar: zo groot is het prijsverschil tussen goedkoopste en duurste keten

Het leven wordt constant duurder. Dat ondervinden we ook aan de supermarktkassa. In minder dan vijf jaar zijn onze boodschappen goed 8 procent duurder geworden, blijkt uit een praktijktest. Wij vulden bij Carrefour dezelfde winkelkar als in 2017. Voor de 18 geselecteerde voedingswaren - allemaal bekende merkproducten - betaalden we 3,69 euro meer: 48,64 euro tegenover 44,95 euro. Enkel een pakje gemalen Douwe Egberts werd lichtjes goedkoper: min 12 cent. De rest werd duurder - Iglo fishsticks, de diepvriespizza van Dr. Oetker en vooral de kaasschelletjes van Leerdammer zelfs fors. 

De warenhuisrekening is dus hoger. Duidelijk. Maar waart het inflatiespook in de supermarkt ook meer dan elders? Nee, zo weet Peter Van Herreweghe, adviseur-generaal van het prijzenobservatorium, een overheidsdienst die de inflatie in het oog houdt. “De opwaartse beweging is niet verschillend dan voor andere producten, energie niet meegerekend.” De prijsstijging ligt zelfs perfect in lijn met de stijging van de index van de consumptieprijzen. Die geeft aan de hand van een vastgelegde korf van goederen en diensten een zo waarheidsgetrouw mogelijk beeld van de evolutie van de algemene levensduurte, en is bovendien een maatstaf is voor de indexering van onze lonen en uitkeringen. Tussen mei 2017 en oktober van dit jaar steeg die index met 8,1%, precies zo veel als de prijs van onze winkelkar dus.

Blijft dat de boodschappen een flinke hap uit het gezinsbudget nemen. Misschien is onze winkelkar elders wel goedkoper? Voor onze test trokken we met hetzelfde winkellijstje van de Carrefour in Zemst naar vier andere warenhuisketens in en om Mechelen. De ketens kijken duidelijk goed naar elkaar voor het afficheren van een verkoopprijs, want over het algemeen maar weinig grote prijsverschillen voor onze merkproducten. “Je kocht vooral A-merken die ongeveer overal dezelfde prijs hebben, om klanten te lokken”, verklaart Billiet. “Winkelketens verdienen maar weinig op Fanta of Nutella, omdat de machtspositie voor zo’n sterke merken vooral bij de producent ligt. Maar ze moeten ze wel aanbieden, omdat de consument anders elders gaat. Bij B-, C- en huismerken zijn de prijsverschillen groter”, aldus de professor retailmanagement aan de Solvay Business School. 

Lidl

We stapten met ons winkellijstje ook Lidl binnen. Een volledige prijsvergelijking is echter onmogelijk. Daarvoor heeft de discounter te weinig van de merkproducten van onze voorkeur in assortiment. Producten als Danone Vitalinea, Spa Reine en Douwe Egberts liggen er wel in de rekken, maar moeten in merkelijk grotere verpakkingen worden gekocht, wat een onjuiste prijsvergelijking zou opleveren. Rekenen we de zeven identieke producten af die we wél vinden, dan is de Duitse harddiscounter op een totaalbedrag van dik 20 euro slechts 2 schamele eurocenten duurder dan prijsvolger Colruyt.