24 maanden cel gevorderd voor dealer die slachtoffer van vriendschapsfraude was

De bal ging aan het rollen toen Alveringemnaar G.G. (26) aan de galg werd gepraat door zijn stiefbroer. De getuige verklaarde zelfs dat G. al drie jaar zou dealen. Op 13 september 2021 was een politieman bovendien getuige van een vermoedelijke drugsdeal tussen G. en F.N. Bij een huiszoeking werden op 4 oktober 136 gram weed en anderhalve gram hasj aangetroffen in de woning van G. en zijn vriendin T. T. (22). Bij F. N. vonden de speurders zelfs 163 gram cannabis en 52 gram hasj.

De spilfiguur gaf in zijn eerste verhoor onmiddellijk toe dat hij dealde aan vijftien tot twintig klanten. “Hij is sociaal zeer geïsoleerd en raakte tijdens corona verstrikt in de netten van een oplichtersbende”, aldus meester Michel Landuyt. N. was online in de ban geraakt van een fictieve Nederlandse vrouw. De beklaagde stortte soms meermaals per dag geld, tot zelfs 2.000 euro. “Het was zeer moeilijk om hem uit te leggen dat die vrouw eigenlijk niet bestaat.” De verdediging stelde een werkstraf voor. N. moest op de zitting wel toegeven dat hij afgelopen weekend nog cannabis had gebruikt.

G. en T. riskeren respectievelijk achttien en twaalf maanden voorwaardelijke gevangenisstraf. Ondanks de verklaringen van zijn stiefbroer houdt G. vol dat enkel zijn vriendin dealde. Hun advocaten vroegen om opschorting, gekoppeld aan voorwaarden. Een afnemer van de andere beklaagden hangt acht maanden voorwaardelijke celstraf boven het hoofd, maar hoopt ook op opschorting. Volgens de verdediging bestelde L. O. (20) uit Nieuwpoort de drugs samen met vrienden, omdat dat goedkoper was.

De rechter doet uitspraak op 26 april.