Een vijftigjarige vrouw uit Meise zag begin 2020 bij het thuiskomen twee mannen van het dak van haar woning springen en wegrennen. Ze stapte naar haar woning om te zien of er ingebroken was, maar merkte dat de daders op hun stappen terugkeerden, en verschanste zich in haar wagen. De daders sloegen daarop met een koevoet de autoruit in en begonnen, met die koevoet, op het slachtoffer in te slaan. Ze probeerden daarbij haar polshorloge, ter waarde van 77.000 euro, te stelen en slaagden daar ook in maar niet zonder dat de vrouw de handschoen van één van de daders bemachtigd had.

De twee mannen lieten hun slachtoffer vervolgens bewusteloos achter en gingen op de loop. De vrouw kwam echter snel weer bij kennis en zette de achtervolging in. Ze zag de twee in een vluchtwagen springen en probeerde dat voertuig tot tweemaal toe klem te rijden maar moest uiteindelijk de achtervolging staken. Op de handschoen die ze bemachtigd had en op de koevoet die de daders hadden achtergelaten, vond de politie een DNA-spoor. Dat bleek toe te behoren aan een man die in 2018 al tot 2 jaar cel was veroordeeld voor inbraken. Ondanks Europese en internationale aanhoudingsbevelen kon de man nooit aangetroffen worden. Hij daagde ook niet op voor de rechtbank. De tweede inbreker kon nog niet geïdentificeerd worden. 

Uitspraak op 29 maart.