KIJK. “Ik voelde knie wel zeven keer kraken”: UFC-vechter weigert op te geven nadat been hélemaal plooit, maar deze foto toont de gevolgen

Het leek een kwestie van seconden vooraleer Mohammad Mokaev - een bekende naam bij de UFC-vlieggewichten want twaalfde op de wereldranking - in de derde ronde zou afkloppen en dus opgeven in zijn kamp tegen Jafel Filho. Want de Braziliaan had zijn tegenstander in het UFC 286-evenement op zaterdagavond stevig te grazen met een onverbiddelijke knieklem. Het been van Mokaev boog op een wel erg onnatuurlijke manier. “Ik voelde het wel zes tot zeven keer kraken”, vertelde de 22-jarige Brit na het gevecht. “Filho vertelde me zelfs dat hij negen keer een krakend geluid hoorde. Maar in mijn hoofd zijn het er zes of zeven.”

Maar aftikken deed de Engelsman dus niet. “Na de eerste vier cracks vroeg Jafel Filho aan Herb Dean (de scheidsrechter, red.) of ik al had afgeklopt. Ik schudde mijn hoofd en Dean beaamde van niet. Waarna Jafel zijn kniegreep nog wat verstevigde. Ik hoorde het gewoon verder scheuren en wachtte tot het volledig afscheurde.”

Waarom Mokaev tijdens zoveel pijn dan gewoon niet opgaf? “Ik zal nóóit aftikken. Ik zal nooit zelf stoppen. Zelfs al breken ze mijn arm. Als de scheidsrechter het kamp niet onderbreekt, dan blijf ik voortdoen. Zelfs als dit het einde van mijn carrière zou betekenen. Ik weet dat het gek is om dat te horen, maar ik hou vast aan dit principe.”

Nog straffer (of gekker?): Mokaev kon zich bevrijden uit de klem, moest even bekomen op haast anderhalf been en pakte nadien uit met een force takedown. Einde gevecht, Mokaev won zowaar het kamp.

Op beelden is te zien hoe de Engelsman de zaal op krukken verliet. Later op de avond deelde hij een foto van die gehavende linkerknie. Die stond zwaar gezwollen. Gisteren onderging hij een MRI-scan, hoe ernstig de blessure is communiceerde hij nog niet. Mogelijk scheurde hij de ligamenten en staat hij de rest van 2023 aan de kant.

Maar spijt? Dat heeft hij dus allerminst. “Want pijn is slechts tijdelijk. Een zege is voor altijd.”