Man (46) gaat schoonbroer op rijbaan te lijf met ijzeren staaf: 4 maanden cel met uitstel

Twee getuigen zagen hoe de twee voertuigen van de schoonbroers op 9 juni 2017 stil stonden op de Grote Baan in Maasmechelen. De twee chauffeurs slingerden elkaar zware verwijten naar het hoofd. Plots stapte Y. (46) met een ijzeren staaf uit zijn voertuig, sloeg ermee op de wagen van zijn schoonbroer en raakte hem ook zelf tweemaal op het hoofd. Hij liet het slachtoffer met een bloedende hoofdwonde achter. Ook de ijzeren staaf lag nog op de rijbaan toen de politie ter plaatse arriveerde.

Slachtoffer F. (44) liep een hoofdwonde en een hersenschudding op en was drie weken arbeidsongeschikt. “Ik heb hem niet aangevallen”, getuigde Y. (46) voor de strafrechtbank in Tongeren tijdens de behandeling van zijn zaak. “Ik heb mij enkel verdedigd nadat mijn schoonbroer mij een vuistslag in mijn gezicht had gegeven.” Zijn advocaat vroeg opschorting van straf. “De feiten kaderen in een familieruzie die al jaren aansleept. Mijn cliënt is nooit welkom geweest in de familie, dat heeft gezorgd voor jarenlange wrevel.”

De strafrechtbank geloofde niet dat F. uit zelfverdediging handelde en verwees daarvoor naar de onafhankelijke getuigenverklaringen. De twee getuigen hadden immers beschreven hoe Y. als eerste uit zijn voertuig was gestapt met de ijzeren staaf in zijn hand en ermee had uitgehaald naar zijn schoonbroer. Omdat de veertiger nog een blanco strafregister kon voorleggen, werd de celstraf van vier maanden, drie maanden minder dan de aanklager had gevorderd, met uitstel opgelegd. Daarnaast moet Y. een boete van 600 euro betalen.

Het slachtoffer had een schadevergoeding van ruim 10.600 euro gevorderd. Er werd door de advocaat van schoonbroer F. zelfs een voorbehoud geformuleerd voor een blijvende ongeschiktheid omwille van een posttraumatisch stresssyndroom die zijn cliënt zou hebben overgehouden aan de aanval. De strafrechtbank oordeelde echter dat op basis van de medische attesten enkel de tijdelijke werkonbekwaamheid van drie weken en de medische kosten konden bewezen worden en herleidde de te betalen schadevergoeding tot 1.368 euro plus interesten.