Tussen horeca en binnenevenement: Bowling Leuven reageert op de verstrengingen

Bowling Leuven is het laatste bowlingbastion in Leuven. “Zes bowlingzaken in heel Vlaams-Brabant. Zestig in België. Dan stel ik me vragen bij de virologische impact van een sluiting. De logica is zoekgeraakt.” Patrick wijst naar zijn snookertafel. “6,5 vierkante meter groot. Daar staan ze meestal met twee rond. Plaats genoeg om afstand te houden, maar het mondmasker moest verplicht op, want ze staan recht rond hun tafel.” Hoewel Bowling Leuven bezwaarlijk groot te noemen valt, beslaat de totaaloppervlakte toch vierhonderd vierkante meter. “En toch is onze maximale capaciteit maar 36 man. Hoeveel jonge gasten zitten er in een klas? Hoeveel volk zit er bijeengepakt in een vliegtuig? Tel maar uit. Dan kan ik alleen maar concluderen dat het economische belang alweer primeert.”  

Bowlingzaken bevinden zich tussen twee vuren: tussen binnenevenement en horeca. “Ze hebben alles gewoon op één hoop gegooid. Darts, laser games, escape rooms, en dus ook bowling. Alles wat amusementswaarde heeft wordt samengebundeld.” Aan de maatregelen voor de horeca verandert er niets, maar binnenevenementen mogen niet langer doorgaan. Voor Patrick betekent dat dus dat er in zijn zaak niet langer gebowld of gesnookerd mag worden, terwijl de bar in principe open mag blijven. “Maar wie komt hier om gewoon iets te drinken? Mensen willen hier bowlen.” Bowling Leuven sluit dus zondag de deuren. “Vandaag en morgen zijn de laatste dagen. Het is ongelooflijk hoeveel mensen komen bowlen voor of na de feestdis. Maar dan is het gedaan tot en met 28 januari. Dat zeggen ze voorlopig toch.” 

Elke zichzelf respecterende uitbater van een bowlingzaak moet over de nodige handigheid in het spel beschikken. Patrick is geen uitzondering. “Ik gooi strikes met één vinger.” Wie het niet gelooft tikt zijn naam maar eens in op YouTube. Daarnaast neemt Patrick regelmatig deel aan Europese en nationale kampioenschappen. “Bowling een sport? In Amerika zijn er meer dan 30 miljoen mensen die daarvan overtuigd zijn.” Hoe dan ook laten de huidige maatregelen het niet toe om toernooien te organiseren of te trainen. “Bij de Belgische Bowlingsportfederatie vreten ze hun kas op. Andere disciplines mogen blijven trainen en wedstrijden organiseren. Het is dus duidelijk: wij zijn geen sport.” 

Hoe het ook zij, aan de amusementswaarde van het bowlingspel twijfelt niemand. “Ze zijn kinderen gewoon aan het pesten. Wat moeten zij heel de vakantie doen?” De oudste bowlingzaak in het centrum trekt bovendien naar goede gewoonte een studentikoos publiek. “De frustratie zit er meer en meer in. Regelmatig worden hier schoenen gepikt, en twee weken geleden gooide er iemand nog een bal door het plafond. Maar wat wilt ge: ze mogen niks meer.”  

“We doen allemaal zoveel moeite om veilig open te kunnen blijven om dan weer het deksel op de neus te krijgen.” Patrick toont zijn gloednieuwe CO2-meter. Die geeft 450 deeltjes per miljoen aan. “Bij 900 gaat de deur open. Ik ben ook altijd streng geweest op de coronapas, maar het heeft niet mogen baten.” En dus overheerst alweer het onbegrip. “Bij de vorige sluiting kreeg ik een percentage van de omzet gebaseerd op het jaar voordien, maar die hield geen rekening met de gestegen prijzen. Daarnaast kreeg ik een uitkering, maar die lag voor mij lager omdat ik toevallig alleenstaand ben. Alles bij elkaar nog niet de helft van mijn reële kosten. Huur, voorafbetaling van de belasting.” Er volgt een lange lijst. “Zelfs de verwarming moet op blijven staan. Als het kouder is dan 16 graden trekt het hout van mijn banen krom.” Een financiële strop dus. “Dat ze in Brussel in het vervolg maar eens goed nadenken vooraleer ze die beslissingen nemen, want ik verzeker u dat elke ondernemer een verhaal heeft. De Walen hebben dat pittbullachtige nog. Wij Vlamingen leggen het kopke neer en zeggen: kap maar af.”