Afscheidnemend burgemeester Marc Lewyllie (67) blikt terug op voorbije acht jaar: “Tevreden dat we schulden konden afbouwen”

Acht jaar geleden stapte Marc Lewyllie in de politiek, net als partijgenoot Wieland De Meyer. Geen van hen had al ervaring op dat vlak. Meteen was het raak: Lewyllie werd burgemeester en De Meyer schepen. Maandagavond was het hun laatste gemeenteraad samen. “Voor de laatste verkiezingen was al afgesproken dat ik samen met Wieland een duo zou vormen”, zegt Marc Lewyllie. “Voor mij was 67 jaar de leeftijd die ik voor ogen had om te stoppen en met pensioen te gaan. Ik kijk heel positief terug op de voorbije jaren, maar het is genoeg geweest. Je mag het niet onderschatten.”

Ondertussen kon hun partij Gemeentebelangen heel wat realiseren. “Het belangrijkste voor mij was het afbouwen van de schulden. Voor een gemeente als Heuvelland waren die immers onvoorstelbaar groot. We hebben die heel hard kunnen terugdringen. Daarbij moesten we onpopulaire maatregelen nemen, zoals het afschaffen van subsidies voor de inwoners. Vandaag zitten we op een aanvaardbaar niveau, maar dat betekent niet dat we geen leningen meer moeten afbetalen. Ondertussen slagen we er wel in om te blijven investeren. De mensen weten dat naar waarde te schatten en dat werd in 2018 bevestigd met een duidelijk verkiezingsoverwinning.”

De burgemeester neemt afscheid in een moeilijke periode, middenin de pandemie. “Een van mijn bevoegdheden was het opvolgen van het woonzorgcentrum in onze gemeente en dat is nu zeker niet gemakkelijk. Het is daar waar zich de grootste problemen met corona stellen. Zeker op dit moment: we zitten in de slechtste periode sinds oktober. Het woonzorgcentrum is heel belangrijk voor ons, we zouden het heel graag houden als een openbaar zorgcentrum. Als het echter niet betaalbaar is, kan dat niet en met wat nu gebeurt hebben we heel wat extra kosten.”

Of hij in een zwart gat dreigt te vallen? Die kans acht de burgervader niet groot. “Ik heb thuis acht jaar klusjes in te halen”, lacht hij. “Verder wil ik graag wat weer toneel spelen, reizen, tennissen en zingen.” Marc Lewyllie is sinds 1964 lid van een koor en zingt solo in de Stoute Compagnie. “Daarnaast ben ik al 25 jaar voogd van drie broers in de Lovie (centrum voor begeleiding van personen met verstandelijke handicap, nvdr.) en heb ik een zoon met beperkingen.” De gemeente verder opvolgen zal hij niet meer doen. “Mijn partij mag mij altijd zaken vragen, maar ik denk niet dat het nodig zal zijn. We hebben al acht jaar samengewerkt en weten dus welke richting we uitgaan. Laat ons heel duidelijk zijn: het is niet de bedoeling om nog een rol te spelen. Dat is ook de reden waarom ik niet in de gemeenteraad blijf. Op een bepaald moment moet je beseffen dat het tijd is om plaats te maken.”

Wieland De Meyer neemt vanaf 1 januari de burgemeesterssjerp over en legde ondertussen al de eed af bij de gouverneur. “Het was eigenlijk nooit mijn ambitie om in de politiek te gaan, maar door verschillende zaken heb ik mij toch geëngageerd”, zegt hij. “Ik zag het in 2012 wel zitten om mee te gaan met Marc en nog wat andere mensen. Toen we de verkiezingsuitslag te zien kregen, was het wel even schrikken. Voor de verkiezingen van 2018 zaten we samen en zei Marc dat hij niet wou verder doen tot hij 70 was. Ik zag het toen wel zitten om in het in de loop van de legislatuur over te nemen. Dat moment is nu gekomen en ik kijk er geweldig naar uit.”

Op de gemeenteraad bedankten alle partijen hun burgemeester. “Ik zal mij altijd blijven herinneren dat jouw ‘ja’ bij het stemmen, steeds de luidste en duidelijkste ‘ja’ was”, wist Geert Debergh (CD&V). 

Door het afscheid van Marc Lewyllie komt een nieuwe plaats in het schepencollege vrij. Bart Vanacker (Gemeentebelangen) wordt vanaf volgend jaar schepen van Vrije Tijd, Toerisme en Duurzaamheid. Wieland De Meyer behoudt Ruimtelijke Ordening en Financiën en neemt het woonzorgcentrum en politie en brandweer over van Marc Lewyllie. Mireille Degroote (Gemeentebelangen) legde de eed af als nieuw raadslid binnen het bijzonder comité voor sociale dienst.