Oekraïense avond in taverne Wine & Co voor oorlogsvluchtelingen meteen succes: “Blij dat we iets kunnen doen”
ErondegemZaakvoerder Geert D’haese van Taverne Wine & Co in Erondegem kookte samen met broer Gunter, moeder Marie-Rose (78) en heel wat vrijwilligers voor de in Erpe-Mere opgevangen oorlogsvluchtelingen uit Oekraïne. Om de mensen met elkaar in contact te brengen, organiseerden ze een Oekraïense avond. “Iets dat we graag de komende weken willen blijven herhalen.”
Koen MoreauLaatste update:25-03-22, 12:08
Ondanks de wekelijkse sluitingsdag zat Taverne Wine & Co langs Halfbunder in Erondegem donderdagavond afgeladen vol. “Vandaag schuiven hier zo’n 24 mensen mee aan tafel en we zijn bijzonder blij dat we dat voor hun kunnen doen”, vertelt Geert. Iets dat enkel lukt dankzij de hulp van heel wat vrijwilligers en sponsors.
“Oorspronkelijk hadden we overwogen om mensen bij ons thuis op te vangen, maar dat bleek praktisch niet haalbaar. Het liet me evenwel niet los en op een blauwe maandag bedacht ik om mijn restaurant te gebruiken als ontmoetingsplek.” Geert nam contact op met de Oekraïnse Tetiana Bogdanova en haar Belgische man José Hurtado, die eerder een inzamelactie van spullen lanceerden voor mensen die hier arriveerden.
Zelf mensen opvangen bleek geen optie, maar op deze manier kunnen ook wij ons steentje bijdragen
Geert D’haese, Taverne Wine & Co
Enthousiast
“Zij reageerden meteen enthousiast en contacteerden de verschillende gezinnen die inmiddels al in Erpe-Mere verblijven.” Daardoor arriveerden donderdag ietwat onwennig en in kleine groepjes heel wat Oekraïners in de zaak. “De voertaal is wat moeilijk voor ons, maar zij babbelen in elk geval met elkaar”, lacht Geert. Onder de aanwezigen Tania Oberemko. Zij verblijft al twaalf jaar in ons land, werkt in het ASZ in Wetteren en vangt momenteel haar moeder op.
“Dit is echt een heel mooi initiatief. Ik weet hoe moeilijk het is wanneer je alleen arriveert in een vreemd land en niemand kent. Het is geweldig dat we op deze manier met elkaar kunnen kennismaken”, reageert zij in perfect Nederlands. De gasten kregen dan ook het beste van de Belgische keuken voorgeschoteld. Moeder Marie-Rose trok de keuken in en maakte verse groentesoep gevolgd door stoverij met frietjes. “Afwachten of de mensen onze gerechten lusten”, stelde ze vooraf.
Dat bleek goed mee te vallen. Al bekenden de gasten wel dat ze dergelijke soep niet gewoon waren. “Wij mixen onze soepen niet waardoor er steeds stukken groenten in zitten, maar onze kinderen lijken dit ook wel te lusten”, verklapte Svetlana Bondarenko tijdens de lunch. Zij arriveerde drie weken geleden samen met haar elfjarige dochter Elina en bejaarde moeder als allereerste oorlogsvluchtelingen in Erpe-Mere.
Het belangrijkste is dat hier geen bommen vallen en dat mijn dochter hier op school gelukkig is
Svetlana Bondarenko uit Oekraïne
“Ik had het geluk dat ik meer dan 20 jaar geleden aan de Universiteit Frans volgde, waardoor ik besliste naar het dichtstbijzijnde franssprekende land te trekken. Pas hier ontdekte ik dat België een koning heeft en een drietalig land is”, vertelt ze. Een obstakel blijkt dat niet. “We worden hier enorm warm opgevangen en ik had dat eerlijk gezegd niet verwacht. Het is opvallend hoe iedereen ons hier op allerlei manieren helpt.”
Graag naar school
Voor dochter Elina (11) verloopt de integratie eveneens goed. “Ze gaat naar gemeenteschool De Schatkist in Erondegem en voelt zich daar echt goed. ’s Morgens vertrekt ze met een grote glimlach naar haar klas en ’s avonds is die er nog steeds. Geen idee wat leerkrachten hier anders doen, want in Oekraïne ging ze echt niet graag naar school”, lacht Svetlana. Ook voor haar moeder verloopt alles goed. “Een dokter heeft al haar medicijnen opgezocht en vervangen door gelijkaardige die hier te koop zijn.”
Als moeder en dochter voelt Svetlana zich dus goed in Erpe-Mere. “Het belangrijkste is dat hier geen bommen vallen en dat mijn dochter hier op school gelukkig is”, vertelt ze. Zich definitief in Erpe-Mere vestigen is geen optie. “Onze thuis is Oekraïne en zodra dat mogelijk is willen we liefst terug naar daar.”