Zoals al langer bekend zullen reizigers naar de kust van zaterdag 3 tot en met zondag 18 april, en tijdens het weekend van 24 en 25 april, enkel kunnen plaatsnemen aan het raam, met uitzondering van kinderen tot twaalf jaar. Die moeten plaatsnemen naast de volwassen persoon die hen begeleidt.

Dutordoir plaatste woensdag in een brief aan premier Alexander De Croo (Open Vld), minister van Binnenlandse Zaken Annelies Verlinden (CD&V) en minister van Mobiliteit George Gilkinet (Ecolo) vraagtekens bij de beslissingen van het Overlegcomité.

"Zoals herhaaldelijk benadrukt, zal de uitvoering van deze beslissingen de NMBS in een situatie brengen die, zonder andere dringende en bindende maatregelen van de overheid, onbeheersbaar dreigt te worden", klinkt het. "De situatie die we de laatste uren op het terrein hebben waargenomen, toont aan dat de gemaakte afspraken en de gezamenlijke inspanningen niet voldoende zijn om de toestroom van reizigers te stoppen.”

Ondanks alle inspanningen brengen dergelijke situaties de veiligheid van het personeel en de reizigers in het gedrang. Dutordoir stelt de regering daarom voor een soort ultimatum: een noodbesluit dat de NMBS toelaat om al de beschikbare transportcapacititeit te mobiliseren ofwel een dringende maatregel om het reizen met de trein naar de kust strikt te beperken.

Als de regering niet positief reageert op een van de twee verzoeken, is het volgens Dutordoir een optie om het verkeer naar de betrokken bestemmingen stil te leggen. "De risico's voor reizigers en ons personeel zouden dan onaanvaardbaar zijn", aldus Dutordoir, die aangeeft dit scenario wel kost wat kost te willen vermijden.

“Het beheer van drukte is eigenlijk een zeer grote collectieve verantwoordelijkheid is. Eén: het komt aan iedereen toe om zich aan de regels te houden en dat gaat eigenlijk zeer goed. Het dragen van mondmasker is echt veralgemeend ingeburgerd op onze treinen. Twee: het is de overheid die bepaalt wie zich wanneer naar waar mag verplaatsen en momenteel is dat iedereen”, zei Dutordoir bij VTM NIEUWS. 

“Dan is het aan ons om dat maximaal te begeleiden. Ik kan niet meer treinen inzetten dan degene die ik nu inzet. De sporen naar de kust zitten vol, we laten maximaal aantal treinen rijden. En nog eens, twee op de drie waren bezet, een op de drie plaatsen was vrij.”

Minister van Mobiliteit Georges Gilkinet (Ecolo) verzekert dat er bijkomende agenten zullen worden ingezet om de raamregel op de trein te begeleiden, zei hij op Bel-RTL. “De maatregel is erg moeilijk uit te voeren voor de treinbegeleiders”, erkent de minister. Hij treedt daarin Dutordoir bij, met wie hij “elke dag praat.”

“Niettemin is het nodig. Het is de beslissing die het Overlegcomité heeft genomen, die we gaan toepassing met versterking, namelijk met agenten van Securail. Er zal dus extra personeel zijn”, verzekert Gilkinet.

Mensen kunnen met de trein naar zee reizen, “maar besef dat de capaciteit beperkt is en dat er veel andere bestemmingen zijn”, voegt de minister eraan toe. 

In de Kamer liet Gilkinet weten dat zijn kabinet een reservatiesysteem voor treinen onderzoekt. “Er moet in kaart worden gebracht of andere landen met een gelijkaardig spoorwegnet dit toepassen, en op welke manier dit kan.” Voor Gilkinet is het evenwel cruciaal dat de trein “voor iedereen toegankelijk blijft”.

“De vrijheid om makkelijk het openbaar vervoer te nemen voor dagelijkse verplaatsingen is cruciaal. Ons openbaar vervoer is een openbare dienst waarbij klantgerichtheid centraal moet zijn.”

Ook minister van Justitie Vincent Van Quickenborne (Open Vld) blijft achter de raamregel staan. De maatregel dient om het risico op besmettingen op de treinen te verlagen en wordt best gerespecteerd, stelde Van Quickenborne in ‘De Ochtend’ op Radio 1.

Minister Van Quickenborne licht toe dat de maatregel een voorstel is van het coronacommissariaat, dat werd overgenomen door de verschillende regeringen binnen het Overlegcomité. Het dossier is woensdag nog besproken binnen het kernkabinet. 

Hij benadrukt dat eenvoudigweg iets moest worden gedaan aan de beelden van volle treinen en vindt dat de regel dan ook best wordt gerespecteerd. Daarbij merkt Van Quickenborne op dat het voor winkels ook niet eenvoudig is zich te organiseren op het verkopen op afspraak, zoals tijdens hetzelfde Overlegcomité werd beslist.