Eerste geval van apenpokken vastgesteld in ons land

“Het gaat om iemand die zich bij ons in Antwerpen heeft gemeld met klachten. Er zijn stalen afgenomen, die zijn verstuurd naar een referentielabo in Nederland en laat vandaag hebben we de finale bevestiging gekregen dat het gaat om het apenpokkenvirus. De persoon is kwestie is niet heel ziek”, liet onderzoeker Isabel Brosius weten in ‘Laat’. 

Er is ook een tweede vermoedelijk geval. Zo zou de partner van de besmette persoon gelijkaardige symptomen vertonen, al moet nog bevestigd worden of het gaat om het apenpokkenvirus.

De besmette persoon moet zich nu afzonderen. “Op basis van huidige gegevens is het virus beperkt overdraagbaar tussen mensen. In principe is er nauw en langdurig contact nodig”, zei Brosius. “De kans op een verspreiding bij de brede bevolking is eerder klein, maar we volgen de situatie nauwgezet op”, klonk het voorts. 

“We moeten waakzaam zijn”, zegt Joris Moonens van het Agentschap Zorg en Gezondheid. Moonens herhaalt dat besmettingen zich vooral bij nauw contact voordoen. “We maken ons nog niet meteen zorgen voor de brede bevolking.” Morgen komt de expertengroep Risk Assessment Group samen om een plan van aanpak te bespreken, klinkt het. Volgens Moonens zal er een contactonderzoek bij besmette personen worden uitgevoerd. 

_{(lees verder onder de video)}

Het apenpokkenvirus is een zeldzame virale infectie, waarvan altijd gedacht werd dat het zich niet snel van mens op mens verspreidt. Daar lijkt de voorbije weken echter verandering in te zijn gekomen. De eerste symptomen kunnen gaan van koorts, hoofdpijn en spierpijn, tot gezwollen lymfeklieren, rillingen en vermoeidheid. Er kan zich ook een huiduitslag voordoen, die meestal begint in het gezicht en zich dan verspreidt naar andere delen van het lichaam. Uiteindelijk vormen er zich korsten die na een tijdje van de huid vallen.

De meeste mensen genezen na enkele weken. In uitzonderlijke gevallen worden patiënten ernstig ziek.

Het virus werd in 2018 voor het eerst in het Verenigd Koninkrijk vastgesteld. Meestal komt het voor in afgelegen gebieden in Centraal- en West-Afrika, nabij tropische regenwouden. In Europa was het virus tot nu toe erg zeldzaam. Hoe het komt dat het zich nu plots meer lijkt te verspreiden, wordt nog onderzocht.