Dubbel zoveel vrouwen als mannen getroffen door strengere voorwaarden minimumpensioen

Enkel wie dertig loopbaanjaren achter de rug heeft, maakt vandaag aanspraak op het minimumpensioen. Het gaat dan om jaren van effectieve tewerkstelling en gelijkgestelde periodes. De federale regeringspartijen hebben zich echter voorgenomen om een extra voorwaarde in te voeren, namelijk een minimumaantal jaren effectieve tewerkstelling - dus zonder gelijkgestelde periodes.

Nahima Lanjri trekt daarover aan de alarmbel, ook al zit ze met CD&V op de meerderheidsbanken. Ze viste uit dat als het minimumpensioen wordt voorbehouden aan wie dertig loopbaanjaren, waarvan twintig effectief, achter de rug heeft, niet minder dan 62,5 procent van de vrouwen geen minimumpensioen meer ontvangt. Bij mannen is dat 29,2 procent.

Komt de drempel op vijftien effectief gewerkte jaren te liggen, dan verliest 51,7 procent van de vrouwen hun minimumpensioen, tegenover 24,1 procent van de mannen. Bij een drempel van tien jaren effectieve tewerkstelling, worden 38,4 procent van de vrouwen getroffen en 19 procent van de mannen.

“Deze cijfers tonen aan dat bijkomende voorwaarden wat effectieve tewerkstelling betreft vrouwen disproportioneel zouden treffen. De genderkloof, die al enorm is, zou daarmee nog groter worden”, zegt Lanjri.

Met haar eigen pensioenplan wil CD&V naar eigen zeggen net het tegenovergestelde bereiken. Lanjri: “Dat doen we onder meer door het recht op minimumpensioen te verlenen op basis van het aantal gewerkte dagen. Een jaar waarin iemand deeltijds werkte, telt zo toch nog gedeeltelijk mee in het opbouwen van het recht op minimumpensioen. Vrouwen werken immers veel vaker deeltijds dan mannen. Daarnaast willen we bereiken dat vrouwen niet langer alleen opdraaien voor carrièrekeuzes die een koppel gezamenlijk maakt, door de invoering van een pensioensplit.”