Congoville toont kunst van Afrikaanse kunstenaars in Middelheimmuseum

Op de plek waar in 1920 de Koloniale Hogeschool werd opgericht, bevinden zich vandaag zowel het Middelheimmuseum als de Universiteit Antwerpen. De school moest zorgen voor de opleiding van de administratieve “elite” die naar Belgisch Congo zou uitgestuurd worden. Iets meer dan honderd jaar later vormt dit de aanleiding voor het Middelheimmuseum om de sporen van de koloniale geschiedenis van de site te onderzoeken en leesbaar te maken.

Congoville is een grote buiten- en binnententoonstelling met 30 kunstwerken, waarvan 12 nieuwe creaties en 18 bruiklenen uit internationale collecties. Sommige werken hebben de wereld rondgereisd en worden voor het eerst getoond in België. Alle kunstenaars die deelnemen aan Congoville zijn Afrikaans of van Afrikaanse afkomst, of hebben in de loop der jaren een langdurige praktijk en kennis uit eerste hand ontwikkeld over de postkoloniale geschiedenis van Congo en België. “Het Middelheimmuseum, als gratis kunstpark, heeft het democratische potentieel om een divers publiek uit te nodigen om de koloniale en postkoloniale geschiedenis te bekijken door de ogen van de zwarte flâneurs van de wereld, en om Congoville te transformeren van een creatie van koloniale uitbuiting naar een kaart voor een toekomstige postkoloniale utopie”, aldus Sandrine Colard, curator van  Congoville.

_{(lees verder onder de foto)}

Blikvanger van de tentoonstelling is ongetwijfeld het monumentale nieuwe gevelwerk van Mahama, dat deels (de geschiedenis van) de Koloniale Hogeschool beslaat.  Alle kunstwerken trachten de rol van het kunstpark als voormalige school voor koloniale studenten om te keren en de bezoeker mee te nemen op een tijdelijke en dekoloniale wandeling geleid door de blik van Afrikaanse kunstenaars.

“Een historisch bewustzijn is cruciaal voor een eigentijdse, diverse stad waar meer dan 50% van de inwoners een allochtone achtergrond heeft. Deze tentoonstelling past in een bredere ontwikkeling van het museum naar een grotere meerstemmigheid en meer inclusie. We willen een plek zijn waar alle bewoners van de stad, bezoekers, kunstenaars en collega’s zich welkom en thuis voelen, waar zij deel uitmaken van de organisatie en van wat we doen. Deze tentoonstelling is een eerste stap om zichtbaar te maken waar we ons bevinden in een landschap vol koloniale sporen, en om na te denken over onze relatie met deze stad en haar geschiedenis.”